Projecten: hoogaars 'De Wet'
Ter gelegenheid van het 100-jarige bestaan van hoogaars 'De Wet' heeft Sjouke van Eeken een boekje samengesteld, waarin op een zo uitgebreid mogelijke manier wordt ingegaan op de geschiedenis van het schip. In dat boekje is ook een bijdrage van Peter Schouten opgenomen.
Kennismaking met jachthoogaars 'De Wet'
In 1992 belde Gerrit Zomer van Stichting Behoud Hoogaars mij op met de vraag of ik eens in Vlissingen wilde komen kijken bij een hoogaars genaamd "De Wet". Reden was een plan te maken voor een verdere restauratie, een groot gedeelte van het onderwaterschip was namelijk al bij van der Meulen in Sneek gerestaureerd. Met de trein reisde ik naar Vlissingen waar Gerrit mij ophaalde. Na een uurtje het schip bekeken te hebben, werd al gauw duidelijk dat het om een omvangrijke klus zou gaan. Na thuis een berekening gemaakt te hebben, kwamen Gerrit Zomer en Willem van Eeken bij mij om verder over de kosten en mogelijkheden te praten.
We kwamen overeen de klus in fasen aan te gaan pakken. Het voordeel hiervan was dat 's zomers met het schip gevaren kon worden en 's winters kon worden getimmerd. Eerst werd een offerte gemaakt voor het vooronder, de mastkoker en het voordek. Op mijn vraag: waarvan maken we het dek, kwam de tegenvraag van Willem: wat is het beste. Massief teak, was mijn snelle antwoord, waarop Willem zei: dan doen we dat. En zo geschiedde. Na de winter was de eerste klus geklaard en kon er weer worden gevaren.
In de tweede helft van 1993 kwam schipper Piet Baaij ineens in zicht. We konden het al gauw goed vinden met elkaar. Inmiddels was de winter opnieuw genaderd en moest het timmerwerk worden vervolgd. Op de vraag aan Willem wat ik dat jaar voor de klus zou moeten begroten, was zijn antwoord stellig: jij hoeft voor mij geen begroting meer te maken, ik vertrouw je volledig. Dit is het grootste compliment dat ik ooit van een klant heb gekregen. Diezelfde winter hebben we de boeisels, een aantal spanten en alle klossen vernieuwd. Zo ging "De Wet" de zomer weer in.
Het derde jaar (1994) volgden de gangboorden, de roef en de koekoek. Het jaar daarop kwam als laatste de intimmering van de roef aan de beurt. Dit was een bijzondere afsluiting omdat er van de oude betimmering nauwelijks iets. over was. We hebben eerst één dag globaal de contouren van de indeling in hardboard neer gezet. Dit heeft veel meet- en tekenwerk bespaard. Hierna kwam de familie kijken en werd besproken wat de wensen en verlangens waren. Deze aanpak bleek een goede te zijn, want hiermee is de betimmering geworden tot wat het nu is.
Persoonlijk, en velen met mij, vinden "De Wet" nog steeds één van de gezelligste schepen onder de Hoogaarzen. Na de voltooiing van de restauratie is er altijd contact met Willem en Piet gebleven en ik hoop dat dit lang zo zal blijven.